Mooi was het grasland
27 maart 2020
Op het grasland waren de termieten hard aan het werk. Met hun sterke kaken was geen last ze te zwaar. De nabij gevestigde bijen zoemden vrolijk rond terwijl ze hun werk deden. Iets verderop zat de kraai, eigenaar van zowel de termieten kolonie als het bijennest, vanaf grote hoogte trots toe te kijken. Hij had het goed voor elkaar. Zijn bijen produceerden de beste honing van het grasland en de termieten waren perfect geschikt voor het zware werk. Het geluk lachte de kraai toe. Hij had een prachtig voorstel gekregen van zijn verre neef. Het werk van zijn bijen kon voor een relatief laag bedrag worden uitbesteed aan de bijennesten die zijn neef onderhield aan de andere kant van het water. De kraai wist dat al zijn bijen stuk voor stuk harde werkers waren, maar op deze manier kon hij meer verdienen. En hij kon de arbeidskracht van zijn allerbeste bijen vast ook op andere manieren inzetten.
Van de kostenuitsparing die de kraai genoot – doordat hij het werk van de bijen had uitbesteed – had hij nieuwe termieten koloniën aan de andere kant van het water aangekocht. Op het grasland waren nog maar weinig bijen nodig geweest. Alleen de bijen die nodig waren om plannen te maken voor de bijen aan de andere kant van het water waren overgebleven. De kraai was trots op zichzelf. Zijn zaken draaiden goed. Toch had hij zich gerealiseerd dat het nog beter kon. Daarom had hij zijn vriend de spin ingehuurd die hem had geholpen nieuwe efficiënte werkprocessen in te richten. De kosten op het grasland waren te hoog om inefficiënties toe te staan. Nu werkte er geen bij meer teveel op het grasland. Iedere bij had zijn eigen afgebakende takenpakket en zijn eigen verantwoordelijkheid. De schorpioenen die hij op advies van de spin had aangesteld, zorgden ervoor dat de bijen correct werden aangestuurd en de kakkerlak overzag de schorpioenen. De kraai vond het prachtig.
De zaken beter gingen dan ooit. Al had de kraai recent wat klachten ontvangen over de kwaliteit van de honing, verdiende hij veel meer dan hiervoor. De kraai had ook al bedacht wat er nodig was om de klachten op te lossen. Het was de kraai opgevallen dat er grote uitdagingen waren om de bijen van zijn neef – aan de andere kant van het water – precies te laten doen wat nodig was. Hoewel het goedkoper was om deze bijennesten in te huren, wisten de bijen aan de andere kant van het water door de afstand en de andere gebruiken niet altijd precies wat er van ze verwacht werd. Om dit probleem op te lossen had de kraai zijn goede kennis, de ekster, ingehuurd. De ekster had veel ervaring met het inkopen van werk aan de andere kant van het water. De ekster vertelde de kraai dat hij een goed contract nodig had om de juiste diensten te kunnen inkopen. Het eerste wat de ekster deed was alle werkprocessen en alle mogelijke problemen die binnen deze werkprocessen konden optreden zeer gedetailleerd optekenen. Volgens de ekster was dit de enige manier waarop de kraai ervoor kon zorgen dat iedere stap van het werk aan de andere kant van het water gecontroleerd kon worden. De ekster bezocht andere kraaien om te kijken hoe zij dingen hadden geregeld. Ook huurde de ekster zijn broer in om een analyse te maken. Uit de vergelijking en de analyse kwam naar voren dat de vliegroutes, het aantal vluchten die de bijen deden en de tijd die de bijen vlogen bepalend waren voor de hoeveelheid honing die werd geproduceerd. Er moesten doelen worden bepaald voor elk van deze elementen. Daarom werden de exacte vliegroutes die de bijen moesten nemen uitgestippeld, het minimaal aantal vluchten per bij vastgesteld en de minimale tijd die iedere bij moest vliegen bepaald. Deze doelen werden in het contract opgenomen.
Er zou een boete moeten worden betaald als niet aan deze doelen werd voldaan. Als er wel aan de doelen werd voldaan, zou de honingproductie vanzelf verbeteren en toenemen. Ook over de organisatie werd goed nagedacht door de ekster. De bijen moesten worden opgedeeld in ploegen. Iedere ploeg moest zijn eigen vliegroute krijgen. Net als op het grasland moesten er schorpioenen worden aangesteld. Het werk van iedere ploeg bijen zou door een schorpioen worden overzien. Ook moest er – net als op het grasland – een kakkerlak worden aangesteld die de schorpioenen overzag. Deze kakkerlak zou dagelijks alle cijfers met betrekking tot de gestelde doelen rapporteren. Bovendien moest er ook een kakkerlak van de andere kant van het water naar het grasland worden gestuurd. Deze kakkerlak, die begreep hoe dingen aan de andere kant van het water werkten, moest samenwerken met de kakkerlak van het grasland en ervoor zorgen dat de kakkerlak aan de andere kant van het water goed begreep wat de wensen van het grasland waren. Dit moest ervoor zorgen dat de kakkerlak aan de andere kant van het water zijn schorpioenen efficiënt kon aansturen. De ekster had maanden gewerkt om een dik en gedetailleerd contract samen te stellen waarin alle afspraken en kosten waren vastgelegd. Om er zeker van te zijn dat alles correct was en voldeed aan de regels die golden op het grasland, had de kraai de krekel ingehuurd om het contract te controleren. Ook de neef van de kraai had een krekel ingehuurd om het contract te bestuderen. Na lang onderhandelen waren de kraai en zijn neef bereid het contract te ondertekenen. De kraai had akkoord moeten gaan met een contract periode van vijf jaar en een gepaste verhoging van de prijzen. Dit was gerechtvaardigd omdat zijn neef ervoor moest zorgen dat de juiste kakkerlakken, de juiste schorpioenen en de juiste hoeveelheden bijen werden aangesteld. Dit vergde een flinke investering van zijn neef. Bovendien moest zijn neef een spin inhuren om alle werkprocessen precies zo in te richten als was afgesproken in het contract.
Na een paar jaar had de kraai allemaal witte veren gekregen van de zorgen. Ondanks al zijn slimme plannen was de honingproductie niet verder toegenomen. Bovendien begon zijn reputatie af te brokkelen. Hij had altijd bekend gestaan als leverancier van de beste honing. Nu was hij meerdere afnemers kwijt geraakt omdat ze de kwaliteit van zijn honing niet goed genoeg meer vonden. Uit de rapporten van de kakkerlakken bleek dat het werk van de bijen, die de kraai in de tussentijd allemaal had laten uitrusten met een gps tracker, voldeed aan de afgesproken eisen. Ze vlogen de routes die ze moesten vliegen, ze voerden het juiste aantal vluchten uit en ze vlogen ook lang genoeg. Om dingen te verbeteren had de kraai de kakkerlak van het grasland al vervangen voor een betere kakkerlak. Ook had hij zijn schorpioenen bij elkaar geroepen en in heldere taal opgedragen dat zij hun bijen betere plannen moesten laten maken. Het duizelde de kraai allemaal een beetje. Hoe kon het toch zo mis gaan. Sommige bijen op het grasland hadden commentaar gehad op de gemaakte keuzes. Ze hadden beweerd dat de doelen die waren beschreven in het contract nooit tot grote hoeveelheden lekkere honing zouden leiden. De kraai had nog nooit zo’n onzin gehoord. De bijen hadden beweerd dat zij in het verleden lekkere honing hadden gemaakt doordat ze zich aanpasten aan de omstandigheden. Ze hadden gezegd dat factoren zoals bijvoorbeeld het weer, het tijdstip op de dag en de bloeitijd van bloemen bepalend waren voor waar ze heen vlogen. En dat deze factoren niet als vaste doelen in een contract konden worden vastgelegd. De kraai was ontzettend boos geworden. Durfden deze domme bijen nu werkelijk te beweren dat ze het beter wisten dan de geleerde ekster die hij had ingehuurd? Het was ontzettend teleurstellend. Hij had altijd gedacht dat deze bijen harde werkers waren, maar dat had hij blijkbaar verkeerd gezien. Ze waren lui en hadden geen constructieve houding. Gelukkig had hij dit probleem goed opgelost. Hij had de bijen die hem hadden tegengesproken ontslagen en nieuwe bijen aangesteld die het wel goed begrepen. Ook zou hij binnenkort de ekster weer opnieuw inhuren. Het contract met zijn neef liep over iets meer dan een jaar al af. De ekster kon al beginnen met het opvragen van nieuwe offertes want het totale inkoopproces zou makkelijk een jaar duren. Zijn neef zou een nieuwe offerte mogen uitbrengen, maar ook andere grote bijennest houders aan de andere kant van het water. De kraai was ervan overtuigd dat hij met zijn opgedane kennis goed wist wat er nodig was en dat hij dit keer een beter ontwerp kon maken voor de toekomst. Nu zou het zeker beter gaan.
Dit verhaal is fictief. Iedere gelijkenis met personen, organisaties of gebeurtenissen berust op toeval.